Geen oud zeer graag, wel lekker veel slapen, lezen, schrijven en alleen zijn. Cabaretière Sanne Wallis de Vries reist vermoeid af naar een yogaretraite in Zuid-Frankrijk, in de hoop daar haar authentieke zelf tegen te komen.

Op de dag van vertrek naar yogaretreat La Borde Blanque sta ik ͛s ochtends te worstelen met twee kindervoetjes die in twee kinderlaarsjes moeten. Behoorlijk gestrest –best wel onnodig en helemaal niet effectief. Terwijl ik de laarsjes en de voetjes loslaat, zeg ik tegen Cato, m’n vijfjarige dochter bij wie de voetjes horen: “Sorry To, maar ik ben ’n beetje zenuwachtig omdat ik vandaag wegga”. Cato glijdt met haar voeten een voor een soepel in de laarzen en zegt na een korte stilte: “Je moet de baas over jezelf zijn”. Mijn retraite is geloof ik al begonnen.

Cato krijgt op school namelijk kanjertraining. Ze leert dat pesten en de baas spelen niet mag, dat uitlachen niet mag, dat geweld gebruiken niet mag en dat als iemand vervelend tegen je doet, je het eerst zelf moet proberen op te lossen. Dezelfde training die haar oudere zus heeft gehad en die beide dames thuis in de meest wonderlijke combinaties weten toe te passen; al was het maar door eerst boos op de ander te worden, vervolgens een tik uit te delen en dan te roepen: “Kijk, ik los het zelf op!” Eerlijk is eerlijk: op school werkt het.

Ik vrees de zelfconfrontatie niet, ik heb er alleen niet heel veel zin in

Ik heb geen kanjertraining gehad. Ik hecht niet aan ’n geloof. Mijn ideeën over hoe zo harmonieus mogelijk met anderen om te gaan, komen voort uit opvoeding en schade en schande. Ik ben nog nooit op retraite geweest. Wel doe ik nu zo’n vijf jaar aan yoga, heb ik redelijk veel gedanst en ben ik tijdens theaterlessen en -oefeningen bij behoorlijk wat mensen getuige geweest van allerhande doorbraken, op zowel fysiek als emotioneel gebied, al dan niet in de meest onmogelijke houdingen op een matje. Ik geloof dan ook niet dat dit een verslag gaat worden over hoe raar het is dat mensen deze week tot inzichten komen, dat ze door meditatie dingen kunnen gaan verwerken en hoe vreemd het is dat er af en toe een traan vloeit. Het zal allemaal zeker gaan gebeuren, ook bij mij. Ik vrees de zelfconfrontatie niet, ik heb er alleen niet heel veel zin in. Dat klinkt lui. En dat is het misschien ook, maar ik ben vooral zo moe! En als je moe bent, staat niet boven aan je to do-lijst: ‘oud zeer verwerken’ of ‘aan de slag gaan met dingen van jezelf die je vergeten was’.

Liefdesverdriet van ooit, rouw om mensen die ik verloren ben, boosheid op m’n echtgenoot omdat ik vind dat ik er te vaak alleen voor sta; ik hoop dat ik ’t ofwel heb verwerkt of desnoods heb verdrongen. Bedenk ik, lopend op straat, terwijl Cato voor me uit vrolijk in de plassen stampt. Dan kan ik doen waar ik wel heel veel zin in heb, qua retraite: ik heb namelijk heel veel zin in bijslapen, lezen, schrijven, alleen zijn. Alles waar ik niet aan toekom in mijn dagelijks leven in Nederland.

Moderne moeder syndroom

Tot mijn eigen gruwel moet ik toegeven dat mijn vermoeidheid voortkomt uit de combi waar menig moderne moeder mee te kampen heeft: te veel hooi op de vork, te veel bordjes in de lucht, geen nee kunnen zeggen, te veel tegelijk te goed willen doen. De 21e-eeuwse-werkende-moederriedel; de riedel die menig mama als een gespannen dweil jarenlang door zowel het publieke als het private domein doet emmeren. Ik haat die riedel. Ik wil die riedel niet meer horen. Niet meer in vrouwenbladencolumns, maar vooral niet waar het mezelf betreft. Ja, dat is mijn wens, prevel ik zacht in de regen voor me uit, terwijl ik met een sneu trekkend linkerbeentje – altijd lichtelijk verkrampt door de hernia van weleer – mijn dochter probeer bij te houden. Mijn wens voor deze retraiteweek is weer leven en werken vanuit mijn authentieke zelf. Niet vanuit wat ik mezelf heb opgelegd te doen. En niet meer met een uitgeput gevoel, maar met plezier en energie. En een logisch daaruit voortvloeiende balans. Zo. En o ja, een fier linkerbeentje, dat zou ook mooi zijn, als ik toch bezig ben. Wie gaat dat voor elkaar krijgen? God? Het universum? Yogajuf Elleke? Iemand?

Terwijl ik mij later op de dag van metro naar treinstation naar Schiphol sleep met koffer, tas en losse regenjas, denk ik: van iedereen op de gehele aardbol ben ik op dit moment de allergeschiktste persoon voor deze basis yogaretraite. Ook denk ik: waarom neemt ’n mens haar regenjas los mee het vliegtuig in?

Van iedereen op de gehele aardbol ben ik op dit moment de allergeschiktste persoon voor deze yoga retraite

De ideale plek voor een yogaretraite

De volgende dag, in de stralende ochtendzon, zie ik iets bewegen in het gras. Ik zit op de rand van het terras van het prachtige Franse landhuis La Borde Blanque. De andere cursisten zitten verderop, in het gras op een stoel, of aan de tafel op het terras. We ontbijten. In stilte. Ik zet m’n kommetje yoghurt met muesli neer op de koele terrasstenen en probeer te focussen op het gras. Geen beestje. Er beweegt weer iets. O, wacht, het zijn grassprietjes die omhoogkomen omdat de zware dauwdruppels verdampen! Ik wil niet veel zeggen, maar volgens mij zie ik op dag 1 reeds het goddelijke in iets kleins. Jammer dat ik niet mag praten!

We zijn met z’n dertienen, docente Elleke niet meegerekend. Van haar en haar man Pieter is dit prachtige, verstilde landgoed. Afgelopen zomer zijn ze hier met hun dochtertje komen wonen, en ze geven het hele jaar door yoga-, meditatie- en stilteretraites. Niet alleen het landhuis is fijn; het land dat erbij hoort strekt zich honderden meters uit, het uitzicht is heerlijk en de omgeving is heel bijzonder. Beboste heuvels met vlakbij de Pyreneeën. Je ziet ze niet, maar ze zijn er wel.

‘Doe jezelf geen geweld aan’

In de filosofieles die we krijgen vóór de warme lunch, gaan we de hele week in op de yama’s en niyama’s; de tien ethische richtlijnen uit de eeuwenoude Yoga sutra’s van Patanjali. Samen vormen de yama’s en de niyama’s de eerste twee stappen van het achtvoudige pad van yoga. Misschien leer ik hier wel de weg naar ‘hoe te leven en waartoe’: de eerste woorden die ik opkrabbelde in het aantekenboekje voor m’n tweede soloshow, tegen het einde van de twintigste eeuw. Destijds kon ik mij, met mijn atheïstische opvoeding in een verwarrend fin de siècle, behoorlijk norm- en waardenloos voelen – wat uiteindelijk altijd vanzelf een woordgrap werd als ik dat uitsprak tegen de zaal.

Hoewel met name de komst van mijn twee dochters me eigenlijk nooit meer heeft doen afvragen wat me hier op aarde te doen staat – al was het maar omdat denken er sindsdien  eigenlijk continu bij in is geschoten – is het toch altijd aardig om te horen wat iemand anders’ opvattingen zijn. Bij Patanjali ben je een gelukkig mens als je überhaupt bij het ‘waartoe’ aanbelandt, want de do’s (de niyama’s) en de dont’s (de yama’s) zijn niet mals. Vooral de do’s vind ik een klus. Om een voorbeeld te noemen: ‘Wees tevreden’. Hallo. Die Patanjali had duidelijk meer tijd en minder spullen dan wij, moderne mensen.

Op dag 1 leren we dat ons huiswerk voor de hele week de eerste yama is: doe jezelf geen geweld aan. Oftewel: berokken geen schade. Vooral niet tijdens het beoefenen van de asana’s, maar ook daarnaast. Het blijkt een hele goeie. Ik houd vanzelf de hele week m’n grenzen in de gaten, op alle fronten. Op dag 2 leer ik dat yoga een uitnodiging is om je bewustzijn te ontwikkelen. Wat een prachtige definitie. Een uitnodiging. Je mag het zelf weten!

Nieuwe inzichten

Wij zitten intussen op vierhonderd meter hoogte en ademen totaal andere lucht in dan thuis. Het is in de omgeving heel stil. Alleen als er gejaagd wordt, blaffen de honden onrustig. Gelukkig blijkt onze groep, als we niet in diepe meditatie zitten of ontbijten, zeer gezellig en praatgraag. En ik, vrouwtje-met-altijd-het-oordeel-klaar, erger mij aan helemaal niemand!

Sterker: ik durf bijna te stellen dat wij de leukste groep zijn die er ooit is geweest op La Borde Blanque; Bryan, donkere Marianne, blonde Marianne, Yvonne, Marcel, Ingrid, Chantal, Esther, Anneloes, Henny, Arwen, Richard en ik. De oudste, donkere Marianne, tevens de moeder van Elleke, is 71. Anneloes, de jongste, is 23.

Mediteren is nieuw voor mij. Elleke praat ons erdoorheen. Hoewel, tussen haar begin- en haar eindwoorden is ze een halfuur stil. Net als wij. Na afloop mogen we delen wat we tegenkwamen, maar we zijn ’t niet verplicht. Ik verheug me elke dag meer op het verslag van de moeder van Elleke, die eerst zegt er niet veel mee te kunnen (tegen Elleke: ‘Ja, dan zeg jij: “Ga naar binnen, maar dan denk ik: Ik ben toch al binnen?’), maar die later met de meest fantastische verslagen komt (͚Ik mocht in m’n visioen een briefje pakken en daar stond op… Zwitsal! Wat zou dat nou betekenen?’)

Frans bloemetjesbehang

Alles wat ik vreesde aan oud zeer blijft uit. Ik word juist geconfronteerd met onverwachte zaken: ik mis mijn echtgenoot bijvoorbeeld enorm, de eerste twee dagen. En ik ben als een kind zo blij met mijn über-Franse kamer, waarvan het behang, de gordijnen én het beddengoed uit hetzelfde vogel- en bloemenmotief blijken te bestaan. Godzijdank geen ultramoderne, strakke yogasuite. Dit is het Frankrijk dat ik ken uit m’n jeugd. Vreugde en gemis: geen slechte score voor ’t begin, vind ik zelf.

Sanne Wallis de Vries in Frankrijk

Ik vind meditatie een heerlijke staat om in te verkeren, blijkt. Ook als het niet goed lukt, als alles zwaar en donker blijft of als ik er steeds uit schiet, houd ik er een uitgerust en geïnspireerd gevoel en ’n diepe concentratie aan over. Bovendien stuit ik, na het eerste gemis, op heel fijne gevoelens en gedachten jegens die echtgenoot van mij; hoeveel ik toch eigenlijk van hem hou, bijvoorbeeld, en hoe geweldig ik het vind dat wij het ouderschap delen. De oude gevoelens die ik in mijn diepste zelf vreesde tegen te komen, zijn blijkbaar niet essentieel genoeg. Of ze zijn er gewoon niet. Zo zal het ook wel werken met de irritatie waar ik me op had voorbereid; wij, de cursisten, gaan echt aan het werk met onszelf. En dat verbindt ons zodanig dat irritatie gewoonweg onnodig is. Denk ik.

Er lukt iets

Het enige echte uitje dat ik mezelf gun, is een ritje naar een naburig stadje. Elke middag hebben we vrij. Op middag 3 poog ik met een huurauto naar Mirepoix te rijden. Voor mijn doen gaat het redelijk. Ik rijd geheel buiten de TomTom om plotseling een dorp in, dat uit louter doodlopende straatjes blijkt te bestaan, en als ik wil keren, hebben allerlei Fransmannen opeens hun Citroën op de weg geparkeerd. Ik rijd 70 in z’n 2, daar kom ik achter doordat ik de radio bijna niet meer kan horen; ik parkeer schuin in, achterwaarts, en op de terugweg zit ik glunderend achter het stuur van alle sjans die ik heb, maar bij terugkomst blijk ik de gehele weg met groot licht te hebben gereden. Ik ervaar grote opluchting als ik net op tijd aanschuif voor het avondeten. Ik ga voorlopig niet meer weg.

Mijn Authentieke Zelf is vrijer, minder gefrustreerd, vrolijker en minder moe dan ik dacht

yoga in frankrijk

 

Er lukt iets; dat is het. Gaandeweg gedurende de yoga retraite verschuift de aandacht van triviale zaken naar de essentie der dingen, onder andere die van mezelf, waar die essentie ook uit moge bestaan. Ik had het gehoopt, maar had niet verwacht dat het zou lukken: op de laatste dag voel ik mij mijn Authentieke Zelf. En die is verder, vrijer, minder gefrustreerd, vrolijker en veel minder moe dan ik dacht! De moderne-moederriedel is natuurlijk niet onwaar, en bovendien makkelijk af te schudden op retraite, maar de absolute, vaststaande waarheid is-ie ook niet.

Met de uitnodiging om aan deze yogaretraite mee te doen heb ik de uitnodiging die yoga is, aangenomen; ja, ik wil. Ik wil graag mijn bewustzijn ontwikkelen. Als vrij mens. God? Het universum? Elleke? Mais pas du tout! C’est moi: de baas van mezelf. Ik heb het zelf gedaan. Met grote dank, dat wel, aan zowel de juf als de andere leerlingen. Wat een ervaring. ☯
Beeld: Chantal Ariëns

Dit artikel kwam tot stand in samenwerking met Happy Soul Travel.