‘Weet je zeker dat je niet tóch een kind wilt?’ vroeg een vriendin aan schrijfster en journaliste Vivian de Gier (40). Op retraite in een prachtig klooster op een Umbrische heuvel probeert Vivian tussen schrijven, zwijgen en yoga’en door te ‘voelen waar ze staat’.
Tekst: Vivian de Gier, beeld: Iris Planting
Een steile keienweg vol kuilen voert ons omhoog naar een robuuste toegangspoort. Erachter ligt Eremito verscholen, een ‘klooster’ op een Umbrische heuvel; hotel voor retraite, rust en bezinning. Een paradijselijke plek met naar alle kanten een weids uitzicht op beboste bergen. Er heerst volmaakte stilte en de sfeer is spiritueel en aards tegelijk.
In Eremito wacht me een mini-retraite, een paar dagen digital detox: geen wifi, telefoon of televisie, niets behalve rust, natuur, yoga, haardvuren en lekker eten. Ik word weggebracht door mijn geliefde en zijn levenslustige tante van 85, met wie we een week in Italië zijn. Hond Vigo zit kwispelend in de achterbak. Met een brok in mijn keel geef ik ze alle drie een dikke knuffel. Dan duw ik de zware houten deur open en word ik begroet door gregoriaans gezang.
Het is lang geleden dat ik even helemaal op mezelf was, en ik besef dat ik zowel tegen deze retraite heb opgezien als ernaar heb uitgekeken. De afgelopen periode was er een van verlies op elk gebied: gezondheid, vriendschappen, huiselijke sfeer, werk en inkomen. Mijn lief is al jaren behoorlijk ziek door chronische Lyme, zijn zoons vochten elkaar en ons de tent uit, een goede vriend kreeg een ongeluk waaraan hij uiteindelijk stierf, een andere vriend maakte een einde aan zijn leven en een oude ‘tante’ stierf, wier huis we moesten leegruimen. Tussen de eindeloze ziekenhuisbezoeken door werkten we ons, voor zover het ging, het schompes om het hoofd boven water te houden. Er volgden een verhuizing en een verbouwing from hell (plus rechtszaak) – en dat is nog niet eens de helft. De afgelopen jaren waren de beste leerschool in aanvaarding en gelijkmoedigheid die ik me maar had kunnen wensen, een dagelijkse portie Karma yoga.
En dan trekt de rook op en ben je ineens veertig. Heeft vrijwel iedereen om je heen een eigen gezin, of beginnen de laatsten er alsnog aan. ‘Weet je zeker dat je niet tóch een kind wilt?’ vroeg onlangs een vriendin die op haar 41ste een dochtertje kreeg. ‘Het kan nog!’
Tja.
Het voelt onwennig dat ik niets hoef te doen
Een kinderwens heb ik nooit echt gehad. Ik verlang vooral naar boeken schrijven, niet naar nóg meer moeten zorgen. Ik ben gelukkig met mijn leven. Desondanks word ik soms een beetje verdrietig als ik anderen hoor over hun kinderen of klein-kinderen. Is die wens er dan toch, maar is hij verborgen gebleven omdat er de laatste tien jaar gewoonweg geen ruimte voor was? Speelt de ‘sociale druk’ me parten? Ben ik bang om eenzaam oud te worden?
Ik weet het niet, maar het is wel iets om bij stil te staan.
Ik stap de lange, door kaarsjes verlichte gang in en besluit deze dagen te omarmen als een cadeautje. Ik hoef voor niemand te zorgen, zelfs niet voor mezelf. Alle tijd voor yoga, schrijven aan mijn roman en voelen waar ik sta.
Echte kloosterlingen
Eigenaar Marcello wijst mij en Iris, de fotografe, onze ‘cellen’. Ik slaap in ‘San Romualdo’. Op bed ligt een badjas in de vorm van een pij, met een grote muts en schuin aflopende armsgaten. Ik vouw mijn armen over elkaar en even waan ik me een kloosterling. Maar de echte monniken zijn Marcello en zijn team: Sergio, Enzo en Stefano. Mannen op leeftijd die van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat in de weer zijn met heerlijke vegetarische gerechten bereiden, kruiden plukken, haardvuren oppoken en zorgen dat het de gasten aan niets ontbreekt. Eremito draait zo eco-vriendelijk mogelijk, vertelt Marcello, en verbruikt door zonnecollectoren en biogas vrijwel geen elektriciteit. Door de dikke muren blijft de temperatuur in het gebouw constant en comfortabel.
In de ‘woonkamer’ zijn her en der bezoekers neergestreken. Zelfs als het hotel volgeboekt is, is het nooit echt druk, want er zijn niet meer dan veertien eenpersoonskamers. Je kunt op jezelf zijn, maar ook het gezelschap van anderen opzoeken; iedereen stelt zich meteen voor en maakt een praatje. Ik wil eerst landen. Het voelt onwennig dat ik niets hoef te doen en het duurt even voor ik me daaraan kan overgeven.
Tijd voor yoga dus! Met mijn matje plof ik neer in de yogaruimte. Na een paar Zonnegroeten laat ik me op het ritme van binnenuit van Uttanasana via Utkatasana naar Garudasana glijden. Ik heb op gevoel een serie samengesteld waarin alle verschillende asana’s aan bod komen – staand, zittend, liggend, ondersteboven, twists – die ook nog met een zachte flow in elkaar overvloeien. Het voelt verrassend vanzelfsprekend, terwijl ik normaal vaak moeite heb om te vertrouwen op mijn eigen ‘autoriteit’ en me zelfs in mijn uppie soms onzeker voel als ik yoga beoefen. Wat is dit fijn! Ik kan er volop de tijd voor nemen. Ik hoef nergens heen.
Méér is niet wat mensen nodig hebben, maar juist eenvoud, rust en stilte
Moderne luxe
De gezamenlijke avondmaaltijd wordt in stilte genuttigd. Ik geniet van de zuppa di fagioli, die me doet denken aan mijn moeders bruinebonensoep. Normaal ben ik altijd geïnteresseerd in anderen, maar nu vind ik het eigenlijk best lekker om even geen gesprek te hoeven voeren, de stilte voelt weldadig. Maar ik heb dat nog niet gedacht of ik verslik me en krijg een uitbundige hoestbui, dwars door het zwijgen en het gregoriaanse gezang heen. Lekker bezig, Viv, spreek ik mezelf bestraffend toe – in gedachten dan. Iris en ik moeten ons best doen niet in lachen uit te barsten.
Na de viergangenmaaltijd zitten we nog even bij het haardvuur. ‘Dit is een nieuwe, moderne vorm van luxe,’ legt Marcello de filosofie achter Eremito uit. ‘De afgelopen dertig jaar bestond luxe uit een minibar, airconditioning, veel eten, eindeloos veel schone handdoeken en zeep, steeds meer. In onze huidige, drukke westerse maatschappij bestaat luxe denk ik uit iets anders: als je al veel hebt, is méér niet wat mensen nodig hebben, maar juist eenvoud, tijd, rust en stilte.’
Zelf weet Marcello dat als geen ander. Vroeger verdiende hij goudgeld met El Charro, zijn eigen merk in westernkleding. Maar gelukkig werd hij er niet van. Hij verkocht zijn bedrijf en zeilde twee jaar lang de wereld over, tot hij neerstreek aan de Mexicaanse kust, waar hij een ecologisch resort begon.
Elf jaar geleden keerde hij terug naar zijn geboorteland Italië, en in Umbrië vond hij de ultieme plek: een ruïne in een natuurgebied, zonder behoorlijk telefonisch bereik. Speciaal voor mensen die op een kruispunt in hun leven staan of bezig zijn met een nieuwe invulling van hun leven en daar ongestoord over willen nadenken.
Wil jij ook tot jezelf komen in het stilteklooster? Jij kunt deze reis naar Eremito ook maken.
vanaf € 570
Aandachtig zijn
De ochtend begint in Eremito met lezen in de kleine kapel. Wie wil, schuift aan. ‘We lezen weliswaar uit de Bijbel,’ zegt Marcello, ‘maar dit is een klooster voor iedereen, of je nu christelijk bent, boeddhist, joods of ongelovig.’
We bladeren naar de tekst voor deze zaterdagochtend. ‘Mooi om te bedenken dat op dit moment honderdduizenden mensen over de hele wereld deze zelfde passage lezen,’ vindt hij. ‘Wil je ook voorlezen?’ Ik knik. ‘Als het voor jullie niet vervelend is als ik het niet helemaal goed uitspreek,’ zeg ik. Marcello lacht. ‘Het maakt niet uit of het te verstaan is of niet. Zeshonderd jaar lang werd dit in het Latijn gelezen en verstond niemand er een bal van. Het is gewoon een vorm van meditatie.’
Sergio komt naar boven, hij is laat. ‘File zeker?’ vraagt Marcello met een knipoog. Even later komt ook Enzo aangestommeld. ‘Dat is toch ook wat, hier bij Eremito: altijd verkeersopstoppingen, mensen die hun kind nog naar de crèche moeten brengen…’
Het lezen begint. Om beurten dragen we een paar regels voor. Zo begint Marcello zijn dag en zo eindigt hij hem, en dat wil hij graag meegeven aan zijn gasten. ‘We luisteren vaak alleen naar onze ratio, niet naar onze ziel. Pas als er ingrijpende dingen gebeuren, ontdekken we dat we er met onze ratio niet uitkomen en gaan we opnieuw op zoek. Door elke ochtend even stil te staan bij wat we allemaal hebben en daar dankbaar voor te zijn, maken we contact met die diepere laag. Ik vind het belangrijk om, vóór de dagelijkse hectiek begint, even aandachtig te zijn.’
Na het lezen rollen we beneden de yogamatjes uit, waar Federico Insabato vandaag en morgen Hatha yoga geeft. De goedmoedige Romein las ooit een artikel in een tijdschrift over Marcello’s Mexicaanse ‘Hotelito Desconocido’ (‘Onbekend Hotelletje’), en vergat dat nooit meer. Onlangs hoorde hij over Eremito en hij ontdekte dat het van dezelfde eigenaar was. Nu geeft hij in de weekenden regelmatig yogales aan de hotelgasten. ‘Yoga heeft mijzelf geholpen een betere balans te vinden tussen mijn mannelijke en vrouwelijke energie. Ik was vroeger altijd in beweging. Het moeilijkste is aanwezig zijn in het nu zónder te bewegen, zonder iets te doen.’
Wie ook volop in beweging is, is de Canadese dame naast mij. Tijdens de les is ze met heel andere asana’s bezig dan wij, wat de aanwezigen zonder yoga-ervaring nogal afleidt. ‘Wat voor practice doe jij?’ vraagt Federico met gevoel voor humor, maar haar ontgaat de hint. ‘Ik doe aan Ashtanga,’ zegt ze, terwijl ze verbeten verdergaat met haar eigen oefeningen. ‘Ja, het kan soms lastig zijn uit je vaste patroon te breken,’ knikt Federico onverstoorbaar. Halverwege de eindmeditatie staat ze op en begint ze haar matje op te rollen om te vertrekken. Soms kan het inderdaad moeilijk zijn om niet iets te doen.
Het moeilijkste is aanwezig zijn in het nu, zónder iets te doen
Sprookjesachtig
De rest van de dag is regenachtig. Ik lees een tijdschrift en schrijf aan mijn boek. Het maakt me blij. Na nog een yogales aan het einde van de middag, gevolgd door een stoombad, zitten we weer in stilte aan tafel. In het hele klooster zijn alle kaarsjes aangestoken en het ziet er sprookjesachtig uit. Na het diner lezen Marcello en Federico een tekst voor over het belang van alleen-zijn, niet-doen en stilte: daarin vind je jezelf terug. ‘Soms is het nodig om even alleen te zijn, zodat je daarna weer een prettiger mens voor anderen kunt zijn,’ zegt Marcello wijs.
Op maandagmiddag maak ik een lange wandeling. De zon schijnt, het is heerlijk buiten. Ik laat mijn gedachten gaan over het kindervraagstuk. De afgelopen dagen heb ik grote stappen gezet met yoga en schrijven: ik oefende zonder schroom mijn eigen series en ben eindelijk aan mijn roman begonnen. Dat heeft me goed gedaan, maar het heeft me geen antwoord op deze vraag gebracht. Voelde ik maar een sterk ‘ja’ of ‘nee’, dan was het tenminste duidelijk, mopper ik in gedachten. Zou ik misschien het liefste een ‘ja’ voelen, omdat een definitief ‘nee’ zo… definitief is?
In een kabbelend beekje ligt een grote steen. Ik ga zitten, kijk naar de visjes, de libellen en een buizerd die hoog boven me cirkelt. Er heerst volmaakte vrede. Mijn lief en ik dromen stiekem weleens van een eigen plekje hier in de omgeving, dan zou deze vallei bij wijze van spreken onze achtertuin zijn. Met een kind kunnen we dat wel vergeten. Dan sta ik gewoon de komende twaalf jaar op het schoolplein in Nederland. Het kan nog.
Misschien wel, maar betekent dat ook dat ik het moet willen? Dat het goed is? Tegen de tijd dat ons kind uit huis gaat, ben ik tegen de zestig en is mijn lief bijna zeventig. Geen aanlokkelijk vooruitzicht. Daarnaast is er nog de onvoorspelbare ziekte waarvan we het verloop niet kennen. Zou ik eigenlijk een kind overwegen als ik zeker wist dat hij en ik even lang zouden leven? Waarschijnlijk niet. Dus misschien speelt de angst om alleen achter te blijven ook wel een rol.
Ik warm me aan de zon en voel me een enorme bofferd. Dat ik dít mag doen voor mijn werk. Ik heb de vrijheid te kunnen reizen en de afgelopen dagen voelde ik weer hoe blij ik word van schrijven en yoga. Ik ben suikertante van de kinderen van mijn zus, met een van mijn stiefzoons heb ik inmiddels een fijne band en mijn ouders leven gelukkig nog. Morgenochtend geef ik mijn allereerste yogales, aan Iris en de Deense Peter. Wie had dat gedacht! Daarna word ik opgehaald door mijn grote liefde en de liefste tante en viervoetige vriend die ik me kan wensen. Wat zou een eigen kind daar nog aan toevoegen?
Ik sta op, schud het stof van mijn kleren en wandel langzaam terug naar Eremito. Het verdrietige gevoel zal vast wel weer eens aankloppen, vermoed ik, maar je kunt nu eenmaal niet alles hebben in het leven. En dat hoeft ook niet. Als je maar de rijkdom kunt zien van wat je wél hebt.
Dit artikel kwam tot stand in samenwerking met Happy Soul Travel.
2 reacties
Geef je reactie
Heerlijk verhaal en herkenbare vraag! Ik vind t best vervelend dat dit een vraag is die gesteld wordt. Alsof je niet gelukkig kan zijn zonder kinderen.
Het lijkt mij een mooie bestemming! Mooi beschreven…
Heerlijk verhaal… Als je dit artikel leest wil je er zo snel mogelijk zelf ook een keer naar toe…