Pranayama is onlosmakelijk verbonden aan yoga. De ademhaling is allesbepalend als we willen verbinden met onszelf. Maar wat als je last hebt van hyperventilatie? Zijn pranayama-oefeningen dan geschikt om uit te voeren? Wat kun je beter niet doen en wat kan wel? We lichten het toe.

Idealiter bestrijkt de ademhaling het gebied van de sleutelbeenderen tot aan de buik. Tijdens de inademing vullen de longen zich; de ribbenkast verbreedt, het middenrif beweegt naar beneden en de buik bolt op. Toch is bij veel mensen de ademhaling een stuk minder diep. Door allergieën, astma of stress ademen we soms meer met de borstkas dan met de buik. Maar ook omdat we het onszelf hebben aangeleerd. Echt buik-ademen doen we veel te weinig. Hyperventilatie, ook wel ‘overademen’ genoemd, ligt dan op de loer. Je ademt te snel en te oppervlakkig, waardoor de balans tussen zuurstof en kooldioxide in het bloed verandert. De longen ademen meer kooldioxide uit dan normaal, waardoor onder andere de zuurstofopname in de weefsels van het lichaam wordt bemoeilijkt. Je krijgt last van een licht gevoel in je hoofd, duizeligheid of hebt moeite om je te concentreren. Mensen die hyperventileren, voelen zich bovendien vaak angstig en erg vermoeid.

Een lege en stille geest

Hyperventilatie kan ook een mildere en meer onzichtbare vorm aannemen. Door een te gejaagd leven is er soms letterlijk te weinig tijd om op adem te komen. Je gaat daardoor onbewust licht hyperventileren. Bij signalen van hyperventilatie is het belangrijk om op te passen met pranayama-oefeningen als Kapalabhati (sterke uitademing) of Bhastrika Pranayama (snel in- en uitademen). Dit kan hyperventilatie verergeren. Toch zijn het nu net deze oefeningen die getrainde yogi’s gebruiken om de geest tot rust te brengen. Hoe dat zit? De yogi’s doen de oefeningen juist om een milde vorm van hyperventilatie uit te lokken. Dit heeft namelijk als bijeffect dat de geest korte tijd leeg en stil wordt. Ze zoeken dus precies dat lichte gevoel op. Het grote verschil is dat het bewust en gecontroleerd wordt geoefend. Goede begeleiding en beginnen vanuit een rustige ademhaling zijn cruciaal.

Bewustwording van je ademhaling

Heb je last van hyperventilatie, dan doe je er beter aan een mildere vorm van pranayama te kiezen. Een eerste stap om hyperventilatie aan te pakken, is door je bewust te worden van de manier waarop je ademt. Zonde dat je iets wilt veranderen, onderzoek je hoe je ademhaling op verschillende momenten van de dag verloopt. Op deze manier merk je eerder dat je gejaagd bent, of te weinig ademt tussen twee zinnen. Vervolgens kun je de wisselademhaling oefenen (Nadi Shodhana Pranayama). Schroom niet als je de oefeningen niet lang volhoudt. Al een paar minuten bewust ademen heeft gedurende een aantal uur een gunstig effect op je ademhaling.

Zo doe je Nadi Shodhana Pranayama

De wisselende Neusgatademhaling is een fijne ademhalingsoefening om jezelf te kalmeren. Deze oefening verlaagt de hartslag en verhoogt het zuurstofgehalte in het bloed. Ook kalmeert deze ademhaling de geest, omdat het zenuwstelsel wordt gestimuleerd. Deze ademhalingstechniek is daarom ook goed om te doen als je angstig of gespannen bent.

hyperventilatie pranayama

  • Begin Lotushouding (Padmasana) of kleermakerszit (Sukhasana).⁠
  • Breng je aandacht naar je voorhoofd en plaats je rechterwijs- en middelvinger tussen je wenkbrauwen. Je duim en je ringvinger rusten elk op een neusvleugel.⁠
  • De linkerhand rust op je knie, met de duim en wijsvinger tegen elkaar.⁠
  • Sluit met je duim je rechter neusgat en adem diep in door je linker neusgat.⁠
  • Houd je adem even vast. Sluit dan met je ringvinger je linkerneusgat en haal je duim weg om uit te ademen via je rechter neusgat.⁠
  • Adem vervolgens in door je rechterneusgat. Houd dan je adem kort vast en adem vervolgens uit door je linker neusgat.⁠
  • Adem weer in via je linker neusgat en herhaal bovenstaande stappen.⁠
  • Bouw deze oefening langzaam op. Voor het beste resultaat doe je de oefening 5 tot 10 minuten.⁠